-
Probeer
de plek van de groepering binnen de samenleving te beschrijven. Met andere
woorden; hebben zij een volwaardige plaats binnen de Nederlandse samenleving.
o In de samenleving hebben is er niet een
bepaalde plek waar minimas specifiek te vinden zijn. Dit omdat zij in de gehele
samenleving voorkomen. Mensen die in de bijstand zitten hebben geen volwaardige
plaats binnen de Nederlandse samenleving. Dit omdat mensen het moeilijk vinden om erover
te praten dus vele ook niet weten dat mensen in de bijstand zitten. Hierdoor
kunnen de mensen in de bijstand dan ook geen volwaardige plaats in de
maatschappij krijgen.
-
In
hoeverre is of wordt de groepering beschouwd als deviant en welke conflicten
liggen aan de basis van deze tegenstelling?
o Mensen in die in de bijstand
zitten worden allemaal gezien als een stereotypering. Dit omdat er veel
vooroordelen over minimas zijn en dan vooral met het beeld dat zij niet willen
werken en het zelf schuld zijn.
-
Wat
zijn volgens jullie de belangrijkste (positieve of negatieve) maatschappelijke
ontwikkelingen die zich de laatste 20 jaar hebben voorgedaan ten aanzien van
deze groepering. Bijvoorbeeld op politiek, economisch of sociaal cultureel
vlak.
o De groepering is
groter geworden. Dit vanwege de crisis. Maar hier tegenover zijn er wel
meerder mogelijkheden zoals de
voedselbank , sociale diensten enz .
-
Probeer
op basis van deze analyse een praktijkvoorbeeld te benoemen waarbij de
tegenstelling tussen de ingroup (samenleving) en outgroup (groepering) op een
aantoonbare wijze is verminderd.
o Doordat bekende Nederlands
een schijnwerperg geplaats hebben op de mensen in de bijstand en de voedselbank.
zijn meer mensen op de hoogte van de omstandigheden waarin de mensen in de
bijstand in leven. Denk bijvoorbeeld aan het programma: geen cent te makken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten